Categorie: Uncategorized

  • Avontuur stopt nooit

    Avontuur stopt nooit

    Vier jaar leef ik hier nu.
    In die oude Mas, in de Cévennen.
    Permanent.
    En ja, dat gaat best goed.
    In de zomer delen Man en ik de zon, de stilte en het zwembad.
    met landgenoten.
    Want zodra Nederland massaal in de auto stapt – met dakkoffer en koelbox – hebben wij buren.
    Afgelopen jaren schreef ik over alles wat ik hier meemaak.
    Over het plattelandsleven.
    De bakker.
    De zwembadmeester.
    Het overschot aan zon.
    Over Man.
    Toen stopte ik.
    Even genoeg gezegd.
    De blogs gingen de bundel in.
    De website op zwart.
    En ik zocht naar een nieuwe manier van schrijven.
    Want avontuur stopt nooit.
    Vorige week nog.
    Man verloor z’n kroon.
    Nee, niet die van Oranje.
    Maar eentje met wortel en zenuw.
    Hij kauwt namelijk nogal eens op kauwgom.
    Moet je nooit doen met een kroon, hé.
    Tja, en wat dan te doen?
    Een dokter vinden is hier al lastig.
    Een tandarts nog moeilijker.
    Helemaal zonder kiespijn,
    of alleen een loszittende kroon.
    Dus ik deed wat ik altijd doe:
    Bellen.
    Appen.
    Vragen.
    Hulp inschakelen.
    Zoals dochters zeggen:
    “Mam kent geen verlegenheid.”
    En dat klopt.
    Kan ik iedereen aanraden trouwens
    Dus wat ik zei bij de koffie van Croix?
    Aide-moi…
    Want tja, het kan toch niet zo zijn dat Man hiervoor naar Nederland moet.
    Zijn wachtkamer zit daar al vreselijk vol.
    Sinds twee maanden zijn er hier namelijk nóg minder dokters in Bessèges.
    Mijn collega kroop direct achter haar bureau.
    Ze wist wat haar te doen stond.
    Ze belde het gemeentehuis.
    De burgemeester.
    Die kent ze gewoon.
    Niet alleen van gezicht,
    ook van verjaardagen.
    Lang verhaal kort:
    Ze kreeg de tandarts zélf aan de lijn.
    Et voilà:
    Kwart voor twaalf een plek in de agenda.
    De tandarts bleek de dochter van een patiënt van Man.
    “Oh,” zei ze, “u bent de huisarts van mijn moeder?”
    Man knikte.
    Ze keek nog eens goed,
    legde haar instrumenten neer
    en zei:
    “Ik ga u helpen.”
    En nee,
    betalen hoefde niet.
    Moraal van het verhaal?
    Durf te vragen.
    Aardige mensen zijn overal.